Wanneer heb ik recht op een Ziektewet-uitkering?

Als je als werknemer ziek wordt heb je meestal geen recht op een Ziektewet-uitkering. Maar er zijn diverse uitzonderingen, zoals werknemers die met een no-riskpolis werken. Vaak zeggen mensen dat ze ‘in de Ziektewet zitten’, maar het loon wordt dan doorbetaald door de werkgever. De loondoorbetalingsplicht bij ziekte en arbeidsongeschiktheid is twee jaar.

Werknemers die ziek uit dienst gaan en arbeidsongeschikt zijn komen in aanmerking voor een Ziektewet-uitkering. Uitzendkrachten ook. En mensen die een WW-uitkering hebben en in de WW 13 weken ziek zijn, komen ook in aanmerking voor een Ziektewet-uitkering.

Arbeidsongeschikt en eigen werk
Om recht op een Ziektewet-uitkering te hebben moet de werknemer door ziekte of een handicap niet in staat zijn om zijn eigen werk te doen. Het gaat hierbij in principe om het werk dat de werknemer het laatst heeft gedaan.

Als de werknemer in de WW zit en daarvoor een WIA-keuring of WAO-keuring heeft gehad, dan heeft het UWV passende functies geduid. De geduide functies gelden dan als ‘zijn eigen werk’.

De verzekeringsarts van het UWV bepaalt of een werknemer arbeidsongeschikt is. De arbeidsdeskundige van het UWV bepaalt welke functies geschikt zijn voor de werknemer (welke functies te duiden zijn).

Werk schadelijk voor de gezondheid
Ook de werknemer die niet ziek is maar voor wie het werken de gezondheid zal schade is arbeidsongeschikt en komt in aanmerking voor een Ziektewet-uitkering.

Ander passend werk
De werknemer die een Ziektewet-uitkering krijgt en dus zijn eigen werk (of de geduide functies) niet kan doen, is wel verplicht ander passend werk te zoeken en/of te aanvaarden.

Eerstejaars Ziektewet Beoordeling (EZWB)
Na een jaar in de Ziektewet komt er een keuring. Die heet de Eerstejaars Ziektewet Beoordeling. Er wordt bij werknemers zonder werkgever dan niet meer gekeken naar het eigen werk, maar naar algemeen geaccepteerd werk. Er wordt dan weer gekeken door de verzekeringsarts van het UWV welke beperkingen de werknemer heeft als gevolg van ziekte of gebrek. Vervolgens gaat de arbeidsdeskundige van het UWV weer passende functies duiden. Die geduide functies worden vervolgens beschouwd als het eigen werk.

Deze Eerstejaars Ziektewet Beoordeling komt feitelijk neer op een WIA-keuring.

Als geoordeeld wordt dat de werknemer minder dan 35% arbeidsongeschikt is, dan stopt de Ziektewet-uitkering. De wachttijd (twee jaar) van de WIA-uitkering stopt dan ook.

Als iemand met werken 65% of meer van zijn maatmaninkomen gaat verdienen, stopt de uitkering ook (na 6 maanden).

Als iemand zijn eigen werk weer kan doen, stopt de Ziektewet-uitkering direct.

Werknemers zonder werkgever zijn bijvoorbeeld uitzendkrachten, oproepkrachten, werklozen en mensen die ziek uit dienst zijn gegaan.

Voor werknemers met een werkgever (bijvoorbeeld werknemers met no-riskpolis) wordt niet naar geduide functies gekeken maar naar het daadwerkelijke eigen werk.

Voorschriften bij Ziektewet-uitkering
De werknemer moet zich houden aan de controlevoorschriften van het UWV. Daarin staat bijvoorbeeld wanneer hij thuis moet zijn en dat een wijziging in het adres meteen moet worden doorgegeven en dat hij op een oproep van de verzekeringsarts moet verschijnen.

Verder moet hij relevante gegevens meteen melden bij het UWV, naar een arts of therapeut gaan, de genezing niet belemmeren, weer aan het werk gaan zodra hij kan en passend werk aanvaarden en meewerken aan het re-integratieplan.

Als een werknemer zich niet aan de voorwaarden houdt kan een maatregel opgelegd worden: korting of stopzetting van de Ziektewet-uitkering.

Benadelingshandeling
Een werknemer heeft geen recht op een Ziektewet-uitkering als hij een benadelingshandeling pleegt. Dat is bijvoorbeeld het geval als hij akkoord gaat met ‘ontslag’ via een vaststellingsovereenkomst, terwijl hij ziek is. Of als hij geen verweer voert in een rechtszaak over ontbinding van de arbeidsovereenkomst. De werknemer geeft daardoor zijn recht op twee jaar doorbetaling door de werkgever op en benadeelt het UWV. Daarom krijgt hij in dat geval geen Ziektewet-uitkering.

Hoogte van de Ziektewet-uitkering
De Ziektewet-uitkering is meestal 70% van het dagloon. In sommige gevallen is het 100%.

Duur van de Ziektewet-uitkering
De maximale duur van de Ziektewet-uitkering is 104 weken (twee jaar). Dat is gelijk aan de loondoorbetalingsplicht van de werkgever en is gelijk aan de wachttijd voor de WIA-uitkering. Na twee jaar Ziektewet-uitkering kan de werknemer dus in aanmerking komen voor de WIA-uitkering.

Als er periodes zijn geweest waarin de werknemer beter was, maar binnen 4 weken weer ziek werd, dan worden die periodes bij elkaar opgeteld.

Re-integratie
Het UWV moet zorgen voor een re-integratie traject. De werknemer is verplicht daaraan mee te werken.

Hersteld melden
De werknemer die weer beter is moet zich direct hersteld melden. De verzekeringsarts kan ook beslissen dat de werknemer weer hersteld is.

Besluit van UWV en bezwaarschrift
Het UWV kan dus beslissen dat een aanvraag voor een Ziektewet-uitkering wordt afgewezen, kan beslissen dat een Ziektewet-uitkering wordt gestopt, of wordt gekort. En het UWV (de verzekeringsarts) kan beslissen dat de werknemer weer hersteld is.

Tegen besluiten van het UWV kan een bezwaarschrift worden ingediend. Let erop dat de termijn voor een bezwaarschrift tegen een hersteld verklaring slechts 2 weken is in plaats van 6 weken.

Schakel een specialist in!
De wetgeving over de Ziektewet-uitkering is complex. Een fout is snel gemaakt. Wilt u een bezwaarschrift indienen tegen een besluit van het UWV, schakel dan een specialist in!
Wij zijn specialist in het socialezekerheidsrecht, waaronder de Ziektewet-uitkering. Wij zijn aangesloten bij de Specialisatievereniging.

Neem vrijblijvend contact op om uw mogelijkheden te bespreken.

Over ons
Referenties


Deel dit via:
Facebooktwitterlinkedinmail